Samenvatting EK zwemmen – Wouter

Het EK kende een wisselend verloop voor de Belgen maar werd dit weekend toch op een positieve manier afgesloten. Zeker de olympische kwalificatie voor de 4 x 200m ploeg was een aangename verassing.

Na de mindere prestaties van basiszwemmer Systermans en eerste reserve Grandjean besloot Ronald Gaastra om Dekoninck, Surgeloose, Croenen en Timmers op te stellen tijdens de finale. In het communautaire België een gewaagde maar sportief logische keuze. Voor de olympische kwalificatie moest de ploeg zich met 1.8 seconden verbeteren ten opzichte van het WK in Shanghai. Een zeer moeilijke opdracht, zeker aangezien er op dit nummer tijdens het seizoen geen vergelijkbare progressie was getoond als op de 100m VS. In de finale viel alles echter netjes in zijn plooi. Brabo-zwemmer Dekoninck opende na een erg optimistische start met zijn beste tijd van het seizoen. Ook Glenn Surgeloose zwom zijn beste 200m van het seizoen (9 tienden sneller dan individueel met een veilige overname van .38) De benjamin van de ploeg Louis Croenen bevestigde zijn niveau met een knappe tijd onder de 1.50. Desondanks leek de olympische kwalificatie toen ver weg. Slotzwemmer, en tevens lid van AZSC, Pieter Timmers toverde echter een magische 200m uit zijn lange lichaam waardoor de Belgen juist 7 honderdsten onder de BOIC-norm doken. Timmers zijn 1.46.90 (met .28 overname) is veruit de snelste 200m die een Belg ooit heeft gezwommen. Een paar vergelijkingspunten om aan te tonen hoe straf en bovendien verrassend deze prestatie was. In de halve finale van de  individuele 200m VS zwom Timmers dit tornooi 1.49.25. Het Belgisch record op naam van Surgeloose staat met een tijd 1.48.29. Als Pieters zijn niveau van de aflossingen haalde in de individuele finale dan was hij 2e geëindigd (zilveren medaille Levaux had een tijd van 1.47.69) De olympische A-limiet bedraagt bovendien 1.47.82 en vorig jaar had je op WK in Shanghai 1.47.39 nodig om je te plaatsen voor de finale. Eens te meer bewijst Timmers dus zijn grote potentieel in de aflossingen.

Verder was er op de slotdag nog goed nieuws van AZSC’er Ward Bauwens. In de reeksen verbeterde hij zijn Belgisch record op de 400m WS met 1.3 seconde tot 4.18.24
Wat deze prestatie zo knap maakt is het erg moeilijke seizoen dat Bauwens doormaakt. Door een ernstig probleem aan zijn schouder (afgestorven zenuw) miste hij cruciale maanden van zijn voorbereiding. Het werd dus sowieso een race tegen de klok om klaar te raken voor dit EK en juist op het moment dat alles echter in zijn plooi leek te vallen (een BR op het BK in maart) werd hij stevig ziek. Door 8 dagen in bed te moeten blijven met een koorts van 40° graden leek een goede prestatie een mission impossible. Als je dan echter in zo’n omstandigheden een dergelijke race kan neerzetten dan bewijs je echt om over veel talent te beschikken. Kenmerkend voor toptalenten is dat ze vaak een erg snel reageren op een trainingsprikkel en snel beter worden. We hebben het laatste dus nog niet gezien van deze 19-jarige klasbak.

Minder goed nieuws was er van onze twee andere AZSC- toppers Egon V-van der Straeten en Jolien Sysmans. Beiden draaiden tot nu toe een erg goed seizoen en kwamen aardig in de buurt van OS-limiet. Op dit tornooi kwam het er echter niet volledig uit en konden ze zich niet meer verbeteren. Erg jammer maar we zullen vooral het positieve van dit seizoen onthouden. Dat is dat Jolien na vier jaar weer met haar beste niveau aanknoopt, getuige hiervan haar BR op de 50m VS  groot bad in maart en haar BR in klein bad op hetzelfde nummer van oktober. Ook Egon zwom in oktober in Berlijn een straf BR in klein bad op de 200m vlinderslag. Nog straffer was zijn knaltijd van 1.57.81 op de Britse trials in maart op de lange baan. Ondanks het tegenvallende EK belooft dit ook weer veel goeds voor de toekomst.

 

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.